Bijzondere Siamezen
IS DE SIAMEES EEN ALBINO
Een Siamese kat is herkenbaar. Slank van bouw, spits gezichtje, blauwe ogen en de uiteinden (oortjes, staart, voetjes en snuit) zijn donker gekleurd. Maar is dat altijd zo? Nee dus, er is bij dit ras iets unieks, waardoor de temperatuur invloed heeft op die donkerder kleuringen.
De kleur van je kat wordt bepaald door acht verschillende genen, Daarin ligt vast welke kleur de kat zal hebben. Die genen maken dat je kat zwarte of bijvoorbeeld rode haren heeft. Daarnaast zijn er modificeer genen die voor een bepaald patroon zorgen. Zoals streepjes (cypers), vlekken (lapjes) en sealpoint (Siamees, Ragdoll). Onderling zijn die patronen nog verder uitgesplitst, maar daar ga ik niet verder op in. De Siamees blijkt nog een extra modificerend gen te hebben het ‘Siamese allel’ en die muteert het kleurengen met als gevolg dat het pigment wordt geremd. Je zou kunnen zeggen dat het albinisme veroorzaakt.
Hoe zit dat dan met het temperatuurafhankelijke? De normale lichaamstemperatuur van een kat is tussen de 38 en 39,2 C. Onder deze temperatuur is het extra muterende gen geblokkeerd en kleuren de ‘points’ van je kat gewoon donker zoals in het modificerende gen (gen voor het patroon) is vastgelegd. Wordt het warmer, kan zowel de temperatuur van je kat (koorts, een ontsteking) als de omgeving zijn, dan treedt dat muterende gen in werking en blokkeert de kleuring van de donkere uiteinden.
In de baarmoeder is het vrij warm, waardoor de kittens als geheel wit kitten worden geboren. Eenmaal geboren is de omgeving koeler en beginnen de ledematen af te koelen. Zodra de ‘kritische’ temperatuur is bereikt schakelt het speciale gen uit wat verantwoordelijk is voor het enzym dat kleur remt en ontwikkelt de donkerder kleur zich in de uiteinden, zoals dat bepaald is in hun modificeer gen voor points-katten. Dan kun je je vervolgens afvragen waarom het gezichtje donkerder kleurt, het kopje is toch warmer als de rest? Vanwege alle openingen (bekje, neus, oogjes, oren) wordt het toch weer koeler waardoor de kleuring daar door kan breken.
De kleuring komt dus naar voren zodra onderdelen afkoelen. De meeste Siamezen hebben in hun gen niet een compleet wit lijf, maar ook een (lichtere) kleuring over bijvoorbeeld de romp. Grappig is dan dat na een sterilisatie die blote buik meer afkoelde en er donkerder haren voor terug groeiden. De remming voor de lichte kleuring viel immers weg door die afkoeling. Met de teruggroei van die buikharen werd ook de temperatuur weer stabiel en kleurde de buik uiteindelijk weer als vanouds.
We zijn zo gewend aan hoe onze katten er uit zien dat we eigenlijk nooit stilstaan bij het waarom en hoe. Een volgende keer gaat het over sproeten en dat je die voornamelijk bij rode katten ziet.